“Si vous avez de la foi, s’aider l’un autre.” Als je gelooft, help je anderen.
Nog niet heel lang geleden had Europa te kampen met een financiële crisis en een vluchtelingencrisis. Inmiddels beginnen wij daar weer een beetje bovenop te komen, maar regisseur Tony Gatlif confronteert ons nog even met de problemen van toen. Djam (2017) is een schoolvoorbeeld voor global cinema: je kan de toch wel relatief onbekende Grieks-Turkse cultuur bijna proeven op het scherm.
Het verhaal van Djam speelt zich af in het Griekenland van 2016. Om nog even voor de geest te halen wat er ook al weer een tijdje speelde: Griekenland stond op het randje van faillissement. Daarenboven had de staat te maken met de vluchtelingencrisis: vanuit Turkse steden zoals Izmir voeren honderdduizenden vluchtelingen in rubberbootjes naar de Griekse eilanden.
Djam (Daphne Patakia) krijgt de opdracht van haar oom om een bootonderdeel te halen uit Istanbul. Verder heeft zij een bijzonder karakter (lees: gek) en is zij fan van de rebitko, een muziekgenre dat populair is bij de armen. Onderweg komt Djam mensen tegen die symbool staan voor de tweevoudige crises in Griekenland. Als je het een genre moet geven? Een muzikale roadtrip met een melancholische tint.
Schilderij
Wat mij erg verwonderd, is de plaatsing van de acteurs. De personages staan zo geplaatst dat je wel uren naar dat shot kan kijken. De frames zouden bijna in een museum kunnen hangen. Gatlif slaagt -in mijn optiek- erin om een verhaal te vertellen met het frame alleen al.
Symboliek
Ook een sterk punt in deze film: de symboliek. Er wordt bijna continu verwezen naar de problematiek van het land. Allereerst is de rebetiko, zoals eerder gezegd, erg populair onder de armen. De thema’s van de gezongen liedjes verwijzen ook naar crises waar de mensen mee te maken hebben.
Avril (Maryne Cayon), een van de personages die Djam bij de Turks-Syrische grens tegenkomt en wilt helpen, is gestrand in Turkije zonder eigendommen, ook zonder paspoort. Dit is een situatie waar de vluchtelingen vaak ook mee te maken hebben gehad. Panos (Kimonis Kouris), een ander personage wie Djam tegenkomt, zit zo zwaar in de financiële problemen dat hij het liefst weg wilt uit Griekenland en doorreist naar het rijke Noorwegen. Eveneens kun je hier een lijn doortrekken naar de vluchtelingen.
Dan nog de vele zwerfdieren die in de film voorkomen: door de financiële crisis is een huisdier hebben in Griekenland bijna een luxe geworden. Vandaar dat mensen massaal de honden dumpen. Ook staat het -naar mijn mening- symbool voor de vele vluchtelingen die daar rondzwerven. Overigens komen de vluchtelingen zelf niet voor in de film. Maar er zijn genoeg verwijzingen om te laten blijken dat ze er wel degelijk zijn geweest.
Weinig gebeurtenissen
Enig minpuntje: er gebeurt niet heel veel. Djam moet een krukas ophalen in Istanbul en even langsgaan bij het huis van haar grootouders in Kavalo om wat spullen op te halen. Naast kleine confrontaties was dat wel een beetje het verhaal. Spannend is het dus niet, of toch wel? Het aspect ‘naakt’ komt opvallend vaak voor in de film, maar ik kon zelf niet helemaal de relevantie ervan bepalen. Ja, het is esthetisch mooi, maar het had geen toegevoegde waarde aan het verhaal naar mijn mening.
Concluderend kan ik wel stellen dat dit global cinema op z’n puurst is. Zeer mooi gefilmd, unieke muziek en cultuur die uit het bioscoopdoek puilt. Doch word je continu bewust en onbewust geconfronteerd met de problemen van toen (en nu). Het is een bijzondere film die zeker het kijken waard is, maar voor spanning hoef je niet te wachten.
Onderstaande afbeelding geeft weer wat de route van Djam is geweest en wat de cijfers zijn van de problemen die Djam onderweg tegenkomt.
Geschreven door Wayne de Boer.
We hebben maar liefst twee recensies van Djam, lees hier ook de recensie van Sjoerd van Wijk!